De omvorming van de dood (1)

“DE OMVORMING VAN DE DOOD ” (Lucas 24: 1-12)

(Anselm Grün)

Verrijzenis is eenvoudigweg omvorming. Daar verandert God de dood in leven, duisternis in licht, angst in vertrouwen, het graf in een plaats van engelen. Kerstmis, Pasen en Pinksteren zijn elk op hun eigen wijze omvormingsfeesten. De menswording van God vergoddelijkt ons leven, verrijzenis verandert wat in ons verstard en gestorven is in nieuw leven en de Heilige Geest ( goddelijke Geest) voltooit op Pinksteren de omvorming die op Pasen is begonnen. Veel andere feesten van het kerkelijk jaar zou je ook als ‘omvormingsfeesten’ kunnen vieren, vooral feesten van heiligen, die ons elk op hun beurt laten zien hoe mensen door Gods Geest getransformeerd kunnen worden. Laten wij het verrijzenisverhaal zoals Lucas het ons heeft overgeleverd bekijken:

Daar gaan vroeg in de morgen vrouwen met welriekende kruiden naar het graf. Zij willen Hem voor altijd toiletteren, voor altijd een goede herinnering aan Hem hebben. Maar Jezus laat zich niet balsemen, Hij laat zich niet vasthouden. Hij is verrezen. Het eerste teken van zijn verrijzenis is de steen die van het graf is weggerold.

De steen die het graf beschermt, is een beeld voor de vele stenen die op ons liggen. Juist daar waar iets in ons wil leven en wil openbloeien, maar verhinderd wordt te leven, precies daar ligt een steen. Het verhindert dat de vermoedens van leven, die telkens weer in ons opduiken, werkelijkheid worden. De steen blokkeert ons, weerhoudt ons om op te staan, uit onszelf te treden, naar anderen toe te gaan. Zo’n steen kan zorg voor onze toekomst zijn of ook voor de toekomst van de AARDE.

Het kan angst zijn die ons drukt, angst om op te geven, angst om te zeggen wat we voelen, omdat wij ons belachelijk kunnen maken, omdat wij de genegenheid en de bevestiging van anderen zouden kunnen verliezen. De steen kan onzekerheid en geremdheid zijn om ons verhinderen om uit onszelf te breken. Maar ook andere mensen kunnen als een steen op ons liggen. Zij kunnen in de weg liggen als struikelstenen, maar zij kunnen voor ons de poort naar het leven versperren. Wanneer een steen op ons graf ligt, vergaan en verworden wij erin. Zolang onze diepste gevoelens en behoeftes in het graf opsluiten, zolang worden wij van het leven uitgesloten. Wat in ons graf verrot, zal steeds meer in ons bewuste leven een uitwerking hebben, het verspreidt een kwalijke geur tot in ons lichaam.

De eerst stap waardoor wij zelf de omvorming van de verrijzenis aan ons kunnen ervaren, bestaat erin dat wij het graf binnengaan. Zoals de vrouwen moeten wij in het graf van onze angst en onze droefheid afdalen, in het graf van onze verdrongen wensen en behoeften, van onze duisternis en berusting en ons zelfmedelijden; het graf waarin wij alles wat wij van het leven hebben afgesneden, begraven hebben.

Maar wij kunnen alleen in het graf afdalen, omdat God het in de verrijzenis al voor ons geopend heeft. Het is niet mee de plaats van de schrik en de angst. In het graf, zo vertelt ons Lucas, vinden wij samen met de vrouwen twee mannen in stralende gewaden. Zij verkondigen dat de Heer verrezen is, dat Hij ons graf omgevormd heeft. Wanneer wij ons graf diep genoeg binnengaan, zullen wij op de bodem ervan deze lichtende boodschappers ontdekken, die ons wijzen naar het goddelijke leven dat uit het graf omhoog stijgt.

Graf betekent wat wij van het leven hebben uitgesloten, wat wij verdrongen hebben, omdat het voor ons onaangenaam was of niet bij ons zelfbeeld paste. In ons graf liggen onze verdrongen agressies en behoeften, onze onderdrukte gevoelen en verlangens. Wanneer wij met de vrouwen het graf van onze droefheid en angst binnengaan, van onze verdrongen drijfveren.

Kijk hier voor meer boeken van/over Anselm Grün.

    • maartje op 5 april 2010 op 13:10

    Antwoord

    Nadiah,
    Dank je dat je dit op je site zette. Heel herkenbaar. Het voelt als universeel.
    Dank je voor deze waardevolle site.
    Liefdevolle Paasgroeten van Maartje

Geef een reactie